Energietoeslag
De energieprijzen brengen veel huishoudens en bedrijven in de problemen. Najaar 2022 kon het kabinet vanwege de korte termijn en de urgentie van dit probleem niet anders dan ‘met hagel schieten’. Alle kleinverbruik elektriciteit-aansluitingen van een locatie met verblijfsfunctie (in het kort: tenminste een toilet en keukenblok) kregen in november en december (2x) € 190,- korting op de energierekening: de energietoeslag. Voor zelfstandige woningen zonder eigen elektriciteitsaansluiting en voor locaties met blokverwarming komt in het eerste kwartaal 2023 een compensatieregeling. Deze compensatie moet door de Vereniging van Eigenaren (VvE) of (studenten) huisvesters worden aangevraagd bij de belastingdienst.
De keuze voor het compenseren via de elektriciteitsaansluiting is de volgende: ieder gebouw heeft een elektriciteitsaansluiting, of je nu met gas stookt, all-electric verwarmt of een stadverwarmingsaansluiting hebt. De toeslag is bedoeld voor de mix van elektriciteitsverbruik, de warm water voorziening en ruimteverwarming.
Energieprijsplafond
Het energieprijsplafond is een voor de overheid kosten-effectievere maatregel dan de energietoeslag. Alleen elektriciteitsaansluitingen waar meer dan een maximumbedrag wordt betaald komen in aanmerking voor de toeslag. Daarnaast is de hoeveelheid energie die in aanmerking komt voor het plafond beperkt, waardoor de lagere kosten niet aanzetten tot onzuinig gedrag terwijl er schaarste is. Uitgangspunt is dat iedereen die binnen het gemiddeld verbruik van een huishouden
- 2900 kilowattuur per jaar en
- 1200 kubieke meter gas of
- 37 gigajoule warmte
niet meer betaalt dan € 0,40 per kWh, € 1,45 per m3 gas of € 47,38 per GJ warmte. Dit zijn bedragen inclusief 21% BTW en inclusief de energiebelasting: de complete variabele tarieven. De regeling is enkel voor 2023 van toepassing.
Prijsplafond | E. belasting | Levering | Levering |
incl BTW | incl BTW | incl BTW | Excl BTW |
€ 0,40 | € 0,152448 | € 0,247552 | € 0,204589 |
€ 1,45 | € 0,489800 | € 0,960200 | € 0,793554 |
De voorwaarden zijn ten opzichte van de energietoeslag nog iets scherper gesteld: naast huishoudens mogen ook midden- en kleinbedrijven van de regeling gebruik maken mits de locatie verblijfsfunctie heeft en er sprake is van kleinverbruik aansluiting. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) stelt als subsidieverstrekker de volgende grens aan MKB: niet meer dan 250 medewerkers of 50 miljoen euro omzet per jaar (https://www.rvo.nl/onderwerpen/subsidiespelregels/ezk/mkb-toets). Let op dat dit geen kennis is die in de databases van energieleveranciers voorhanden is. Kleinverbruik aansluitingen van grote organisaties zullen in eerste instantie toch de energietoeslag ontvangen waarbij dit later weer verrekend/ teruggevorderd gaat worden.
Verrekening per kwartier van de dag
In Nederland is stapsgewijs tussen 1999 en 2004 de vrije energiemarkt doorgevoerd. Om ervoor te zorgen dat elektriciteit leveranciers niet eerst klanten gingen werven en pas later gingen onderzoeken hoe de energievraag moest worden ingevuld (met productie, inkoop of import) heeft de beheerder van het landelijk net, TenneT, in de rol van system operator het E-programma ingevoerd. Alle leveranciers moeten een dag van tevoren aangeven hoeveel hun klanten per kwartier van de dag gaan verbruiken en hoe zij hierin gaan voorzien. Later wordt volgens dat E-programma afgerekend op basis van werkelijk verbruik van de klanten met soms hoge boetes wanneer een leverancier in een kwartier te weinig had ingekocht terwijl de vraag hoog was. Verschil tussen verwacht verbruik en werkelijk verbruik van klanten wordt onbalans genoemd. Het goed kunnen plannen van het energieverbruik klanten is een belangrijk onderdeel van het winstmodel van energieleveranciers.
Bij grootverbruik aansluitingen is die kwartierdata werkelijk voorhanden. Voor de 7 miljoen kleinverbruik aansluitingen is dat ondoenlijk. Daar rekent men als volgt: de kleinverbruik aansluitingen worden ingedeeld in tien categorieën: van huisaansluiting enkeltarief (E1A) of dubbeltarief (E1B) tot een bedrijf met 3x80A en tweeploegendienst (E3D) tot de stroomvoorziening voor lantaarnpalen (E4A). Per categorie wordt het jaarverbruik opgeteld van alle aansluitingen van een leverancier. Voor elk van deze categorieën wordt jaarlijks van tevoren een verbruikspatroon gemaakt per kwartier van het jaar: het verbruiksprofiel. Een gemiddeld kwartier heeft 1/8760 (4x24x365 = 8760) aandeel, een kwartier midden in de nacht minder en een kwartier om bijvoorbeeld 18:00u door de week meer. De totalen per profielcategorie worden eenvoudigweg vermenigvuldigd met de kwartieren van het verbruikspatroon en daarbij worden de individuele grote aansluitingen per kwartier geteld.
Verdeling energieprijsplafond over het jaar (voor en na de jaarrekening)
Nu krijgt een kleinverbruiker maar één afrekening per jaar en de overige maanden elf voorschotten. Om praktische redenen verdeelt een leverancier het toesturen van de afrekening over het jaar: een klant kan een jaarafrekening krijgen in januari, maar ook in juli of december. Energieleveranciers verdelen de 2900 kWh elektriciteit en 1200 m3 gas van het energieplafond volgens de verbruiksprofielen. Omdat ook de onbalans op deze wijze met TenneT wordt verrekend is dit vanuit de leverancier gedacht praktisch en logisch. Voor de eindklant zou het inzichtelijker zijn een ‘spaarpot’ van 2900 kWh te hebben die geleidelijk leeg raakt. Wat in dat geval niet wenselijk is, is dat pas na een groter aantal maanden een eigen bijdrage wordt vereist, zelfs bij onzuinig gedrag. Omdat de Nederlandse gasbuffers een kritisch onderdeel zijn en ook veel elektriciteit in Nederland met gasgestookte centrales wordt geproduceerd is dit een risicovol experiment: de regeling moet vanaf dag 1 zuinig gebruik aanmoedigen.
Hieronder staat de verdeling van de verbruiksprofielen per maand. Bij elektriciteit zien we in de zomermaanden een lager verbruik omdat in de gehele mix zonnepanelen voor een daling zorgen. Bij gas zien we weinig verbruik in de zomermaanden omdat dan (weer als gemiddelde van veel gebruikers) gas enkel voor warm water en gasfornuis wordt gebruikt terwijl in de winter ruimteverwarming de grote verbruiksbepalende factor is. De verdeling zal in de praktijk wat verschillen tussen huisaansluitingen en MKB aansluitingen, omdat bij de verbruiksprofielen ook de verdeling per verbruiksgroep anders is. Bij een dubbeltariefmeter worden de laagtarief uren uit het verbruiksprofiel apart geteld van de hoogtarief uren. Zo kan het zijn dat voor bijvoorbeeld laagtarief de energieplafond grens niet wordt overschreden in een maand, maar bij hoogtarief wel. In Enerlyser is de financiële module uitgebreid met berekeningen voor het energieprijsplafond per maand op enkeltariefbasis.
elektriciteit | gas | warmte | |
---|---|---|---|
[kWh] | [m3] | [GJ] | |
jan-23 | 339 | 221 | 6,81 |
feb-23 | 280 | 188 | 5,79 |
mrt-23 | 267 | 159 | 4,90 |
apr-23 | 207 | 86 | 2,65 |
mei-23 | 181 | 35 | 1,08 |
jun-23 | 159 | 19 | 0,59 |
jul-23 | 161 | 17 | 0,52 |
aug-23 | 176 | 17 | 0,52 |
sep-23 | 199 | 24 | 0,74 |
okt-23 | 266 | 81 | 2,50 |
nov-23 | 306 | 147 | 4,53 |
dec-23 | 356 | 207 | 6,38 |
jaar 2023 | 2897 | 1201 | 37 |